Ruimere regels voor tijdelijke huisvesting op eigen erf

Familieleden laten wonen op het eigen erf, in een vrijstaand bijgebouw, ook als er geen sprake is van een mantelzorgrelatie. Dat wordt werkelijkheid nu het college van Dijk en Waard op 22 april jl. de beleidsregels ‘Tijdelijke huisvesting op eigen erf Dijk en Waard’ heeft vastgesteld.

Jongeren kunnen op deze manier langer in hun dorp blijven wonen

Voor familieleden 

Het is al mogelijk om familieleden op het eigen erf te laten wonen als er sprake is van mantelzorgwonen. Dankzij de nieuwe beleidsregels is het nu ook mogelijk om in andere situaties maximaal twee familieleden in een vrijstaand bijgebouw op het eigen erf te laten wonen. 

Ook voor starters op de woningmarkt 

Eerste- en tweedegraads familieleden komen hiervoor in aanmerking: van broers en zussen tot (schoon)ouders of (stief)kinderen. Dit is interessant voor inwoners (op leeftijd) die graag zo lang mogelijk in hun eigen omgeving willen blijven wonen, maar ook voor starters op de woningmarkt die geen betaalbare huisvesting kunnen vinden. Jongeren kunnen op deze manier langer in hun wijk of dorp blijven wonen, waar ze hun sociale netwerk hebben en waar ze vrijwilligerswerk doen of lid zijn van een vereniging. 

Woningvoorraad benutten

Bijkomend voordeel is dat de bestaande woningvoorraad door deze regeling beter kan worden benut. De tijdelijke huisvesting kan een al bestaand vrijstaand bijgebouw zijn, maar ook een nog te realiseren bijgebouw. Daarvoor is een omgevingsvergunning vereist. De woonduur op het eigen erf is maximaal 15 jaar. 

Indienen via ‘Verken uw idee'

Inwoners die gebruik willen maken van de regeling wordt aangeraden om een formele aanvraag tot vooroverleg in te dienen via het digitale omgevingsloket ‘Verken uw idee'(Verwijst naar een externe website), want elke situatie is anders en vraagt om maatwerk. Ook inwoners van wie de vergunningsaanvraag eerder is afgewezen, kunnen opnieuw een aanvraag indienen.